zondag 24 november 2013

De dagen lijken in niets op november vorig jaar. Toen was er niemand, maar nu ben ik met-zonder en gaat het eigenlijk helemaal niet goed. Sinds 17 november is er hier niet meer geschreven en heb ik ook niets meer weten te verzinnen voor mijn losse gratitudelijstjes. Niet om zielig te doen, maar gewoon een heads up: ik moet mijn leven terug op de rails krijgen en houden en schrijven schiet er ontzettend bij in. Zeker in Larry-stukjes gaat veel tijd zitten, tijd die ik niet meer heb op dit moment.

Life's messy, maar ik doe mijn best, echt.

Ik hoop dat ideetjes zich gauw weer voegen in mijn hoofd, tot ik zo enthousiast word dat ik 's avonds laat ga klikken en schrijven. Tijd weer máák.
 
Tot dat moment er is: vermaak je met het enorme Larry-archief ;-)

zondag 17 november 2013

Living like Larry - Great ideas: upcycling

Upcycling staat voor converting waste materials or useless products into new materials or products of better quality. Je kent vast wel voorbeelden: teenslippers van autobanden, een etui van een oude spijkerbroek, een portemonneetje van een melkpak en eerder schreef ik al over recykleren. Veel ideeën kun je ook zelf maken. Stukje nummer 200 op mijn weblog (dat is dus deze post!) heeft alleen maar leuke inspiratie. Enjoy!

1. Upcycle that is een prachtige website vol ideeën. Je kunt zoeken op wat je zou willen maken, maar ook op wat je wil verwerken: glas, papier, plastic, hout... Heel handig. 
Niet elk idee is even nuttig of makkelijk, dat moet ik toegeven. Maar: zeker als je lesgeeft in het basisonderwijs of kinderen hebt, kun je hier een heleboel leuke dingen vinden (zoals de dinosaur toothbrush holder!). Handig vind ik de zeepdispenser en heel erg mooi is dit sieradenschaaltje.






















2. De voorbeelden van deze Belgische weblog zijn zo leuk! Veel gaan over kleding (twee oude jurkjes worden samen één nieuwe), maar ook dit pennenbakje vond ik een leuke vondst.























3. Meteen enthousiast en all in? Hier vind je een Upcycling challenge. Ook al doe je niet mee: het is sowieso leuk de foto's te bekijken.

4. Ben je heel crafty? Kijk dan eens hier. Daar vind je bijvoorbeeld de tutorial voor deze muurdecoratie. Er is ook een filmpje van! Met blikjes kun je trouwens ook veel leuks doen.



Bron




Makkelijker is deze 'schoenenkast' van een oude wijndoos:






















Andere leuke online voorbeelden zijn dit prikbord en lego om je sleutels op te hangen.

5. Ben je wel creatief, maar niet zo handig (zoals ik), begin dan vooral met iets simpels. Je eigen ideeën zijn misschien nog wel de beste. Urenlang knutselen is helemaal niet nodig.

Bijvoorbeeld: de body butters van de Body Shop, die zitten in prachtige bakjes. Eenmaal leeg zijn het perfecte bewaarbakjes. De Mango butter van vorig jaar dient nu om mijn iPod en snoertjes en in op te bergen. Perfect: vrolijke kleurtj en het is een handig systeem.Ik weet altijd waar mijn iPod is en het snoertje ben ik ook nooit meer kwijt. Past makkelijk in je tas, voor als je veel onderweg bent.

Dit doe ik met wel meer dingen. Zo bewaar ik haarelastiekjes in een oude etui en lieve briefjes en kaarten in een leeg snoepblik (ooit van mijn oma gekregen). Op mijn bureau staan pennen in een Ben en Jerry's beker. Mascara, eyeliner en andere 'langwerpige' make-up bewaar ik in een leeg groenteblikje. Alles is uiteraard eerst netjes afgewassen ;-)



















Onthoud: upcycling is vooral leuk. Het levert maar een kleine 'bijdrage' (eigenlijk: minder schade) voor milieubehoud, tenminste: op individuele schaal. Maar ach, je hebt wel een leuke middag en daarna ben je maar wat trots ;-)

zondag 10 november 2013

On running

Je begint met een klein rondje. Ongetraind, nog in gewone kleding, misschien zelfs op oude gymschoenen, zoals ik. Drie kilometer, maximaal. En natuurlijk loop je nog stukken tussendoor. Uitputtend is het misschien, maar één gevoel overheerst: je hebt het maar mooi gedaan. Spoiler: dat gevoel gaat nooit meer weg.

Één keer een stukje rennen wordt algauw twee keer per week. Twee keer drie kilometer. Je stopt niet meer, je rent ook steeds soepeler. Voor de grap probeer je eens vijf kilometer, of een heuvelachtig stuk. De eerste keer stop je nog onderweg, maar na een paar weken kun je ook die afstanden zonder wandelen tussendoor. Drie keer per week ga je rennen. Vijf kilometer. Zeven. Negen.

Rennen wordt steeds belangrijker. Ga je een weekendje weg, dan moeten je hardloopschoenen mee. Je gaat op congres in Zandvoort. Raar, maar: je verheugt je het meest op het hardlopen. Als iemand vraagt: wat ga je dit weekend doen?, begin je je lijstje met: "Nou in ieder geval hardlopen..." Omdat je in het weekend altijd overdag rennen kunt.

Ik startte toen ik veertien was. Mijn benen waren op hun dunst (maar ik hulde ze in een lange broek; ik schaamde me en vond ze dik). Nu zijn ze gestroomlijnd, gespierd. Niet mager en getekend als bij een duurloper, maar gewoon: getraind. Het viel me nooit op, totdat iemand het zei. "Wat heb je toch een prachtige benen" en ik dacht: daar ren ik ook voor.

Maar daar ren ik niet voor. Ik ren omdat het me laat ademen, omdat het altijd sneller kan en de passen altijd langer. Ik ren tegen paniek, tegen waanzin. Ik ren voor de runner's high, ik voel me nooit (nóóit) slechter na een training. Oké, die ene keer dat ik mezelf een blessure inrende en naar huis moest strompelen. Maar dat doe ik niet meer. Ik rek nu heel veel.

Ik kocht een tweede paar hardloopschoenen, hoewel het oude paar nog prima was. Very un-Larry. Maar heel waardevol: zodat ik minder mee hoef te slepen en uiteindelijk veel meer ren.

Het gaat steeds beter, ik word steeds gedrevener. Het belangrijkste in de waszak is mijn sportkleding, want daar heb ik er niet zoveel van. Als die niet op tijd droog is, kan ik niet rennen. Ik moet altijd kunnen rennen. Er is bijna altijd wel iets om af te reageren, of om te vieren.

Soms houdt de regen me binnen, maar eigenlijk is dat maar zelden. Ik plan gerust mijn dag om mijn hardlooprondje heen. Boodschappen, schoonmaak, email beantwoorden, alles kan wijken voor sport, behalve dan werk.

Hardlopen is van mij, alleen van mij. Ik loop voor niemand en ook niet achter iemand aan. Soms loop ik wel samen, naast iemand. Maar het is vooral persoonlijk. Want niets geeft me zo'n goed gevoel als heel snel mijn zelfbenoemde finish naderen en erover heen stappen. Niets is toffer dan een sprint trekken en mensen zien kijken. Niets is fijner dan je lievelingsnummer dat je door een kilometer heensleept.

Peace of mind is nooit ver weg. Als ik maar kan rennen.

vrijdag 8 november 2013

Mist

Ik pakte je aan,
als een kans,
en alsof je een pasgeborene was:
onschuldig en dus te vertrouwen

Je opende je armen, omhelsde
mij, die zo verlangd had
zo
lang

En betrouwbaar was je toch ook. Eerlijker dan jou kwam ik niet tegen.


Je vertrok. Onwillig en vooral: niet helemaal.


Het gaat. Dingen gaan goed. Alleen facebook, of oude fijn!-lijstjes en dankbaarheidsaantekeningen herinneren me aan jou. Dus ik denk helemaal niet veel aan je. Ik ben gewoon weer bezig.

Dat is echt zo.

Maar standaard denk ik al een keer of twaalf per dag aan je. Of twintig, ik kan gedachten slecht tellen. Dat is óók echt zo.

En zoals mijzelf betaamt, stort ik me op alles. Slaap ik weinig, sta ik weer moe op. Gedachten die ik niet de kop in kan drukken terwijl ik fiets. Ik focus me: les, collegeblok, schrijven. Maar dit zijn de laatste dagen die ik nog doorbreng op de universiteit en als jij dan sms't ondertussen.


Dan vertrek je, steeds weer opnieuw.
Paradeer je langs mijn raam terwijl je springt om de regenplassen te ontwijken.
Speel je filmpjes in mijn hoofd: hoe ik aubergine sneed om voor jou Siciliaanse pasta te maken.
Lok je me naar dromen die ik heb van jou.
Herinner ik me jouw veelzijdigheid.
Affectiviteit.
Liefhebbaarheid.

zondag 3 november 2013

Living like Larry - Conflictmineralen & jouw telefoon

Laatst schreef ik iets over de Fairphone, een bedrijf dat telefoons maakt waarin conflictmineralen zoveel mogelijk vermeden worden. Het bedrijf legt haar ideologie treffend uit in dit korte filmpje.



Maar wat zijn die conflictmineralen nu eigenlijk?

Voor een gemiddelde telefoon is 75 kg aan grondstoffen nodig, waaronder enkele mineralen; in een smartphone zit meestal goud, palladium, coltan en tin. Coltan en tin zitten ook in laptops. Goud, coltan en tin worden vaak gewonnen in gebieden waar het niet goed gaat. Er is werkloosheid, armoede en oorlog. Geld komt terecht in de handen van rebellen. Er blijft weinig over voor de arbeiders die het slopende werk in de mijnen doen.

Er zijn toch ook conflictvrije mijnen (en dus mineralen)?

Dat klopt; al zijn het er nog weinig... In Congo is het Conflict Free Tin Initiative (CFTI) gestart. Nederland betaalt hieraan mee. Een conflictvrije mijn is bijvoorbeeld de Kalimbi-mijn. Een team houdt in de gaten of het wel eerlijk blijft, want door de armoede zijn de ambtenaren makkelijk om te kopen.

Het werk wordt er helaas niet minder zwaar en gevaarlijk om. "Kon ik ergens anders geld mee verdienen, dan zou ik direct stoppen" zegt mijnwerker Mutoo in een interview met Andrea Dijkstra. Mutoo haalt tin uit de mijnen van Congo, waar ook goud en coltan te vinden is.






En hoe zit het met de nare verhalen over de  iPhone-fabrieken...?

Producten van Apple (iPhones, iPads etc.) worden gemaakt door Foxconn. In China staat één van de grootste fabrieken, waaromheen (of waarin) tegen een half miljoen medewerkers wonen. Ipod City wordt het ook wel genoemd. Chinezen trekken van het platteland naar de fabriek toe, om er vervolgens 6 dagen per week, 12 uur per dag te werken. In 2010 werd de wereld opgeschrikt door een extreem hoog aantal zelfmoorden onder medewerkers van Foxconn. Tian Yu, een 17-jarig meisje, was één van de wanhopige medewerkers. Zij overleefde haar sprong van het dak van het bedrijf. Haar verhaal is aangrijpend.

Na de suïcides veranderde het bedrijf haar regels. Er mag gepraat worden tussen medewerkers tijdens werkuren (voorheen gold een mute mode). Opzichters schreeuwen minder tegen medewerkers. De lonen zijn gestegen. En er zijn nu vangnetten, om zelfmoorden tegen te gaan.

In haar eigen sociale richtlijnen zegt Foxconn kinderarbeid tegen te willen gaan. Toch was er in 2012 opnieuw een 'foutje'... Foxconn maakt ook producten van Sony (zoals de Kindle) en Nintendo. Kinderen en tieners die, in bizarre omstandigheden, het speelgoed voor andere kinderen maken... brr.


Wat kun jij doen?

1. Besef & relativeer
Probeer te begrijpen hoeveel grondstoffen en loodzware arbeid nodig is voor één 'simpel' mobieltje. En vraag je af, waarom je zegt dat je 'echt een iPhone 5S ''nodig'' hebt'. Heb je een telefoon waarmee je kunt bellen, sms'en en waarop (indien gewenst) Whatsapp functioneert? Heb je echt nog meer nodig? Wat wil je uberhaupt met al die andere apps? Even kijken, wat zijn de populairste apps... Youtube, NS, 9292, iets met boodschappen, iets met sporten... Heb je dat nodig? Wíl je dat? Tegen elke prijs? Ook als iemand anders die betaalt? Dat zijn vragen die je zelf zult moeten beantwoorden.


2. Stel je volgende telefoon nog even uit
Om de redenen hierboven. Oriënteer je ondertussen op hoe fair jouw favoriete merk is. Lees ook iets over Fairphone.


Meer lezen of bekijken?
Tin delven in de modelmijn. Beeldend artikel van Andrea Dijkstra

- Ook interessant als we het over telefoons hebben: Phonebloks! Het duurzaamheidsidee hierachter is me minder duidelijk, maar het blijft een mooi plan.

Explanimation van OneWorld.


Waar dit verhaal ook aan doet denken... hoe nodig ís die telefoon nu eigenlijk? Dat wil zeggen: moeten we echt steeds bereikbaar zijn én continu internetverbinding hebben? Er gaan steeds meer geluiden op van niet; lees maar bij Susanne en Evelien (zie ook het pijnlijke plaatje onderaan). Zelf heb ik alleen wifi en nog vind ik mezelf al behoorlijk verslaafd. Ik laat dan ook regelmatig mijn telefoon in een andere kamer liggen en hij gaat tegenwoordig vaker op stil. Wat een rust. Maar goed, dat is misschien een ander verhaal ;-)